04 Asterix Als Gladiator
Dit avontuur begin in het Romeinse legerkamp Petitbonum, waar een opgewonden stemming heerst. Daar komt namelijk de Perfect Biboppus op bezoek. Hij wil één van de onoverwinnelijke Galliërs cadeau doen aan Caesar en die Galliër moet de Centurion voor hem "vangen". De Centurion bedenkt dat de bard Assurancetourix een makkelijke prooi zal zijn. Vanuit het Gallische dorp vertrekt Assurancetourix net om een wandeling te gaan maken in het woud. De Romeinen willen hem gevangen nemen, maar vluchten zodra hij begint te zingen. Het is niet om aan te horen! Als oplossing besluiten ze allemaal pieterselie in hun oren te stoppen. Dit werkt ook niet perfect, maar ze weten de bard gevangen te nemen. Een kleine Galliër ziet dit en verteld het aan Asterix.
Die wil, hoewel hij de bard ook niet zo graag mag, actie ondernemen en hem bevrijden. Het stamhoofd is het met hem eens en dus krijgt het hele dorp een slok toverdrank en betreden ze het oorlogspad. Ze vallen het Romeinse kamp binnen en het kost geen enkele moeite om de Romeinen te overmeesteren en er achter te komen dat hun bard waarschijnlijk al op een galei richting Rome zit. Asterix en Obelix besluiten achter hem aan te gaan naar Rome om hem te bevrijden. Ze kunnen meeliften op het schip van een Phoenicische koopman. Op zee komen ze natuurlijk weer de piraten tegen die ze al meerdere keren tot zinken hebben gebracht.
Ondertussen is het "cadeau" aangekomen in Rome. Caesar is niet erg onder de indruk. Zeker als blijkt dat Assurancetourix te zwak is om gladiator te worden. Hij besluit dus om hem bij de eerstvolgende feestelijkheden voor de leeuwen te gooien. Nu zijn ook Asterix en Obelix in Rome aangekomen. Ze komen een Galliër tegen en als ze hem vragen of hij ergens van weet nodigt hij hen bij hem thuis uit later die avond. Tussendoor nemen ze nog een bad in het badhuis. Daar worden ze gespot door een man die opzoek is naar nieuwe gladiatoren en Asterix en Obelix staan hem wel aan. Van de Galliër die ze eerder ontmoet hadden krijgen ze te horen dat de bard over enkele dagen voor de leeuwen gegooid zal worden.
Door een soldaat af te luisteren komen ze er achter waar Assurancetourix opgesloten zit, maar als ze daar aankomen blijkt dat de bard is overgeplaatst omdat iedereen last had van zijn gezang. Ondertussen probeert de Romein uit het badhuis ze nog steeds te pakken te krijgen. Hij stuurt al zijn sterkste mannen op ze af, maar dit is voor Asterix en Obelix natuurlijk geen probleem. Later besluiten ze zichzelf toch aan hem over te geven, omdat gladiator worden hun enige kans is om het circus binnen te komen en de bard te bevrijden. Bij hun opleiding zetten ze de oefenmeester voor schut door hem op alle mogelijke manieren neer te slaan. Deze besluit dan ook per direct ontslag te nemen.
Asterix en Obelix besluiten maar een ommetje door de stad te maken om de tijd te doden. Dit is eigenlijk niet de bedoeling, maar de bewaking geeft niet genoeg weerstand. In de stad komen ze Caius Paffus tegen, de baas van de gladiatoren uit het badhuis. Hij besluit hen rond te leiden door de stad, zodat hij ze in de gaten kan houden. Na een lekkere maaltijd op de kosten van Caius Paffus keren ze terug naar de kazerne.
Op de dag van de spelen dwingen ze een bewaker om hen naar de bard te brengen. Ze vertellen hem dat ze na de spelen zullen vertrekken en dat hem niks zal overkomen. Met de andere gladiatoren hebben ze ook afspraken gemaakt die er voor zullen zorgen dat niemand wat zal overkomen. De bard wordt voor de leeuwen gegooid, maar zodra hij begint te zingen vlucht niet alleen het publiek, ook de leeuwen houden het voor gezien. Daarna komt het nummer met Asterix en Obelix en de rest van de gladiatoren. Zij beginnen spelletje te spelen in plaats van te vechten en daarmee is Caesar niet blij. Hij stuurt soldaten de arena in en dan krijgt hij toch deels wat hij wilde. Een gevecht. Alleen had hij er niet op gerekend dat Asterix en Obelix al zijn soldaten zouden inmaken. Maar dat maakt uiteindelijk niets uit. Het volk is zeer geamuseerd en dus is Caesar dat ook. Daarom laat hij onze vrienden vrij en zij kunnen rustig terugkeren naar Gallië.